Is er een onenigheid geweest tussen jou en je werkgever en ben je er ter gevolge van op non-actief gesteld? Als gevolg daarvan mag je een tijd niet op je werk verschijnen. Dan vraag je je waarschijnlijk af wat jouw situatie is en welke rechten je tijdens je schorsing hebt.
Plaats direct je vraag
Maak vooral bezwaar!
Voor de schorsing van een werknemer kan de werkgever verschillende redenen hebben. Denk hierbij aan de situatie waarin de werkgever een onderzoek wil starten naar misdragingen van een werknemer op de werkvloer. Om dit goed te kunnen doen moet de werkgever een korte periode thuis blijven. Een andere reden kan zijn dat de arbeidsrelatie dusdanig verstoord is dat de werkgever van mening is dat schorsing opgelegd moet worden. De werkgever moet de reden van de schorsing schriftelijk aan de werknemer mede delen.
Omdat de schorsing vaak resulteert in een ontslag is het verstandig er zorgvuldig werk van te maken. In het geval je het niet eens bent met de schorsing is het goed een bezwaarschrift te schrijven. Dit stuur je dan naar je werkgever waarin je protesteert tegen de non-actiefstelling en hier redenen voor formuleert. Het is van belang dat je aangeeft het werk weer op te willen pakken, zodat het niet ‘aan jou ligt’. Verzoek ook om een doorbetaling van je loon. In beginsel is de werkgever (tegenwoordig) verplicht loon door te betalen aangezien een schorsing of non-actiefstelling in zijn risicosfeer ligt en een arbeidsovereenkomst nog van kracht is. Een cao kan hier wel van af wijken. In uitzonderlijke situaties zou een geschorste werknemer geen recht hebben op een doorbetaling van loon.
Helpt je bezwaarschrift niet? Ga naar de rechter.
Wanneer de werkgever het bezwaarschrift weigert en niet van plan is het schorsingsbesluit op heffen staat er nog een optie bij de rechter. Je kunt dan namelijk naar de kantonrechter stappen met een verzoek tot kort geding. De rechter zal dan een snelle (voorlopige) uitspraak doen zodat jij weet of je weer kunt gaan werken. Wanneer de werkgever of jij deze uitspraak niet accepteert kun je in hoger beroep. Een schorsing is een ingrijpende beslissing, dus de werkgever moet logischerwijs zwaarwegende redenen hebben om een schorsing te rechtvaardigen.
Vervolgens kan je in een bodemprocedure de rechter verzoeken een definitieve uitspraak te doen, dit komt dan dus na een voorlopige uitspraak in het kort geding. De kwestie die tot een non-actiefstelling of schorsing heeft geleid wordt dan onderzocht. Wanneer de rechter tot een oordeel komt waarmee jij het oneens bent staat er ook hiervoor nog een hoger beroep open.
Voorbeeld
Jan is door zijn werkgever geschorst omdat hij een collega zou hebben geslagen. Volgens hem is dat niet gebeurd en daarom stapt hij naar de rechter. Na onderzoek blijkt Jan inderdaad niemand te hebben geslagen. De rechter zal dan tot het oordeel komen dat de schorsing moet worden opgeheven. Echter is de werkgever het hier niet mee eens en gaat in hoger beroep.
Zoek hulp van een advocaat arbeidsrecht
Ook in de wenselijke situatie dat je werkgever een schorsing opheft kan de arbeidsrelatie dusdanig verstoord zijn dat je liever weggaat bij je werk. Wanneer zo’n verstoorde arbeidsrelatie het gevolg is van verwijtbaar handelen van een werkgever maak je misschien aanspraak op een billijke vergoeding. Dit is een vergoeding die je misschien krijgt doordat de fout niet bij jou ligt maar je wel nadelige gevolgen ervan ondervindt. Om deze kans te vergroten is hulp van een advocaat handig. Een andere optie is dat er ontslag volgt na de schorsing. In beide gevallen is het verstandig hulp te zoeken van een advocaat zodat je weet in welke positie je staat en welke rechten je in zo’n geval hebt. Wil je graag hulp van een advocaat om zo jouw positie te versterken?